Kunstenaar Philip Vermeulen.
Kunstenaars geven kleur en reuring aan een wijk. Tijdelijke en soms permanente activiteiten dragen bij aan het karakter van de Binckhorst. Aan de Polluxstraat bieden AnnA en BPD ruimte aan onder meer de Pollux Studio’s, Loods Komeet, Optie B én de studio van Philip Vermeulen. Hier bouwt kunstenaar Philip Vermeulen kinetische installaties, die steeds vaker in toonaangevende musea in binnen- en buitenland te zien zijn. Voor de Binckhorst heeft hij een droom: “Laat het wild, laat het groeien.” AnnA en BPD gaan op bezoek zodat hij dit kan uitleggen.
“Laat het wild, laat het groeien.”
Eerste solo-expositie.
In zijn werk speelt Philip met waarnemingen. In het voorjaar van 2024 presenteerde hij zijn eerste grote solo-expositie in Rijksmuseum Twente. “In mijn atelier heb ik alle voorbereidingen gedaan, want we bouwen het werk op locatie op.” Het maken van de kunstvorm die hij presenteert, is een lang proces. “Ik benader kunst op een wetenschappelijke manier. We onderzoeken bijvoorbeeld de werking van licht. Ik schrijf daar ook papers over en we testen in proefopstellingen in de kelder. Wanneer wordt licht een hallucinatie? Wanneer is het nog spannend en wanneer wordt het eng? Ook met beweging en geluid kun je spelen. Dat is voor mij een vorm van schoonheid en dat heeft op mij de grootste aantrekkingskracht.”
Ensemble.
Philip studeerde aan de Haagse Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten (KABK) en is sinds zijn afstuderen op drift. Inmiddels heeft hij twaalf kunstwerken op stal met de aansprekende namen als Fanfanfan, Flap Flap, Slue, Whether Weather, Ocular Drift en Pulse. Hij bouwt zijn kunstwerken grotendeels zelf en bij technische vraagstukken krijgt hij steun van elektrotechnici en digitale specialisten. “Ik deed echt alles zelf, maar nu heb ik een heel team om me heen. Soms wel 9 à 10 personen, deels zijn het stagiaires van de kunstacademie. Ik moet zorgen dat ik ze aan me kan blijven binden. Mijn soort kunst vergt bepaalde kennis en expertise. Alles wat ik maak is digitaal aangedreven. Per kunstwerk maak ik een eigen paspoort. Zo brengen we in beeld hoe de installatie werkt en leren we ook van de techniek die we gebruiken.”
Trial & error.
“Ondernemen in de kunsten is hard werken,’’ vervolgt hij. “Mijn kunstwerken zijn groot, en dat maakt dat het een lange aanloop termijn vergt. Daardoor vraagt het ook een grotere investering en ik heb letterlijk veel vierkante meters ruimte nodig. Ik ben daarom blij met de ruimte die mij gegund is in de Binckhorst. Je moet mijn studio zien als een soort start-up. Start-ups zijn ook jaren bezig voordat ze naam maken. Ik zit nu in een groeispurt. Wetenschap en kunst hebben gemeen dat je moet aankloten. Trial & Error. Steeds proberen, experimenteren en pionieren. Dat vraagt om low key werkplaatsen en AnnA en BPD bieden mij hiervoor op de Binckhorst biedt een mooie plek”.
Wildgroei.
“Het is absoluut mijn bedoeling om hier te blijven,’’ zegt Philip. “Binckhorst is ongerept en een ons-kent-ons gebied. Je zit zo op het station en in de stad. Ik vind de afwisseling tussen enerzijds werkplekken in chique musea en anderzijds een atelier in een industrieel rauw gebied, heel lekker. Kunst en cultuur hebben rafelrandjes nodig. Een stad strak aanleggen is niet goed voor de biodiversiteit. Je hebt wildgroei nodig!" Hij vergelijkt het daarom met een berm. “Kleurrijke bloeiende bermen zijn ook beter voor de ecologie. Dat geldt ook zo voor kunstenaars in een stad. Zaai en laat het bloeien!”
Showroom.
Philip heeft uitgesproken wensen voor de Binckhorst en Den Haag. “Den Haag moet zeker geen Amsterdam worden. Daar zitten nauwelijks meer ateliers binnen de ring, alleen maar hotelkamers! Den Haag moet niet te veel op andere steden gaan lijken. Laat het maar een buitenbeentje blijven. Dan verliest het haar eigenheid niet.” Voor de Binckhorst heeft Philip een droom. “Iets langere tijdelijkheid bieden aan plekken die een aantrekkingskracht hebben op kunstenaars. Nu zijn plekken soms te snel vergaan. Meer continuïteit betekent niet dat iets niet voor eeuwig er moet zijn, maar ook niet dat het na een jaar alweer moet verdwijnen. Ik zou graag een plek willen waar we kunnen exposeren. Dan kan ik mijn kunst letterlijk in een showroom zetten. Mijn kunstwerken zijn groot en kinetisch, dus het moet niet een klein pandje zijn.” Wellicht de Sporendriehoek? “Ik vind het heel gedurfd dat David en Steven van PIP hun nek uitsteken (zie interview). Ik werk graag met ze samen om te sparren. Zij zitten aan tafel bij de grote jongens en ik hoop dat het ze lukt om de plek te realiseren. Het gebied heeft het erg nodig!”
Meer weten?
Kijk op www.philipvermeulen.com
Of op Instagram.